Na twee topdrukke dagen in de Wijnkoperij (vrijdag 23 en zaterdag 24 december) kan het niet anders dat iedereen de afgelopen dagen heeft genoten van prachtige wijn/spijs combinaties.
Totaal voldaan zaten we dan ook op zaterdag om 17.00 uur sinds een aantal weken heel hard rennen voor het eerst weer eens op een stoel. En ter afsluiting van zulke topdagen hoort natuurlijk een glaasje bubbels! Nee, nog geen champagne….de champagneweek start nu dus die moeten we nog verdienen. Het was een mousserende wijn van Ottella, de Brut Spumante. Gemaakt van de Trebbiano druif.
Schijnt erg elegante verfijnde bubbel te zijn. Maar deze keer was er van elegantie geen sprake. Zoals gewoonlijk staken we na het inschenken onze neus in het glas: KURK! BAH! WEG! …afknapper! Gelukkig stond er nog een heerlijke Cava koud.


Maar dat was nog niet alles. Ik vertrok na de Cava naar mijn ouders voor een kerstdiner op kerstavond. Bij de dorade met venkel had ik de L’Intruso van Buglioni bedacht. 100% Garganega druif en uitstekend bij witvis! Heldere strogele kleur. Stuivend bouquet van bloemen en tropisch fruit. Volle, sappige smaak met limoen, abrikoos en peer. Goede balans en een verfrissende afdronk.
En ja hoor, ik schonk de wijn in en wat bleek: KURK. Niet te geloven! De kerstvreugde was me nog even niet gegund.
Even de uitleg van de wijnterm KURK:
Een kurkgeur én kurksmaak van de wijn werd altijd gezien als veroorzaakt door gewoon een slechte kwaliteit kurk van een onhygiënische kurkfabrikant of een slordige wijnboer. Wijn met ‘kurk’ smaakt naar een chemische stof die luistert naar de naam 2,4,6-trichloroanisole; deze stof komt vrij bij het bleken en desinfecteren van kurken. Verwant hieraan is een stof waarmee men pallets, balkenconstructies en containerkisten behandelt, die alle zijn gemaakt van grenenhout. Deze stof, genaamd pentachlorofenol, heeft ook geen kurk nodig om wijn te verknallen want de besmetting gaat gewoon door de lucht. De allernieuwste vinding om kurken te steriliseren is niet het van buiten naar binnen verwarmen van de kurken maar juist andersom, van binnen naar buiten, zo ongeveer als een magnetron. Kenmerk kurk in een wijn: de wijn ruikt jute-achtig en smaakt schimmelig, muf en dof en irriteert de proever.
Kortom: een wijn met kurk komt nou eenmaal zo nu en dan voor. Gooi de wijn niet direct weg maar doe de kurk erop en neem de fles mee terug naar de Wijnkoperij. Wij ruiken even en als de conclusie dezelfde als de uwe is dan krijgt u een nieuwe gratis fles mee!

Gelukkig hield het na tweemaal kurk ook op en volgden er vele heerlijke wijnen en spijzen deze dagen.
Topwijn van dit kerstweekend (en mijn kerstkado van het werk): Marqués de Murrieta Rioja Castillo Ygay Gran Reserva 2004.Castillo Ygay is de beroemde wijngaard van Marqués de Murrieta, één van de grote klassieke namen in het Rioja gebied. Zij maken uitsluitend wijn van zeer hoge kwaliteit en hebben hiermee wereldfaam gekregen. Castillo Ygay ligt in de Rioja Alta, volgens velen het beste deel van de streek. Voor deze wijn worden uitsluitend de allerbeste Tempranillo (85%), Garnacha (2%) en Mazuelo (13%) druiven gebruikt. Na de gisting volgt een uitzonderlijk lange rijping van maar liefst 41 maanden op eikenhouten fusten. De wijn is daarom zeer getypeerd door deze lange rijping en heeft een lichte kleur met verfijnde en complexe rijpingsgeuren. Veel kracht en intensiteit, peperkoek en kaneel, tannines en kruiden, sap en stevigheid en zeer complex.

Na één slok van deze prachtwijn ben ik die ‘kerstkurk’ allang weer vergeten!

Tekst: Eline Jaarsma